Specialisme: Ziekenhuisapothekers, Psychiaters, Verpleegkundig specialisten GGZ
Kosten: Leden van Psyfar betalen €399,-. Niet-leden betalen voor deelname €465,-. Verpleegkundig specialisten betalen €399,- (Prijzen zijn voor het gehele programma inclusief BTW, cateringkosten en parkeerkosten)
Accreditatie: geaccrediteerd voor 5 nascholingsuren door de NVvP, NVZA, KNMP en het VSR
Het Nationaal Congres Farmacotherapie in de psychiatrie is in Nederland en België al vele jaren een begrip bij psychiaters, apothekers, specialisten ouderengeneeskunde en huisartsen. Dit jaar organiseren we dit hooggewaardeerde, exclusief op farmacotherapie in de psychiatrie gerichte congres voor de dertiende keer.
Op donderdag 10 oktober bent u van harte welkom bij Theater Figi in Zeist. Farmacotherapie in de psychiatrie brengt u in drie plenaire sessies en twee interactieve workshoprondes op de hoogte van de belangrijkste ontwikkelingen in de psychofarmacologie van het afgelopen jaar. De sprekers en workshopleiders zijn zonder uitzondering professionals die een herkenbare brug slaan tussen de theorie en uw dagelijkse praktijk.
Van veel reguliere behandelingen weten we niet wat de werkzame ingrediënten zijn. Zo kan het effect van een placebopil even groot zijn als bijvoorbeeld een antidepressivum of pijnstiller. De effecten van veel behandelingen worden dan ook voor een deel verklaard door andere factoren dan het middel of de behandeling zelf. Bijvoorbeeld: het vertrouwen dat de behandelaar uitstraalt, de verwachting van een patient en eerdere ervaringen van de patient met een behandeling.
Met deze bevindingen wordt echter nog nauwelijks rekening gehouden. Dit terwijl we met behulp van deze kennis de behandelingen kunnen optimaliseren en tegelijkertijd mogelijke nadelige gevolgen van behandelingen (zoals risico’s of bijwerkingen) kunnen verminderen.
In deze lezing zal de rol van deze factoren voor gezondheid en ziekte, zoals die bij het placebo effect een rol spelen, worden behandeld. Hierbij zal ook vooral aandacht worden besteed aan de mogelijkheid om via psychologische processen direct lichamelijke processen, zoals het immuunsysteem, te beïnvloeden. Tevens wordt een inkijk gegeven welke innovatieve behandelingen hiervoor momenteel ontwikkeld worden.
Na afloop van deze lezing:
Hardnekkige (therapieresistente) depressies vormen een groot probleem voor patiënten, hun naasten, behandelaren en voor de volksgezondheid in het algemeen. Het ontwikkelen van nieuwe en meer effectieve behandelingen heeft daarom hoge prioriteit. In dat kader is er toenemend belangstelling voor de effecten van psychedelica.
Het Universitair Centrum Psychiatrie in Groningen doet studie naar de behandeling met orale ketamine bij patiënten met therapieresistente depressieve stoornis. Daarnaast wordt er onderzoek verricht naar de effectiviteit, veiligheid en optimale dosering van psilocybine (ingrediënt van paddo’s).
In deze lezing wordt kort stilgestaan bij de geschiedenis van beide stoffen. Vanuit de meest recente literatuur wordt de mogelijke relevantie van psychedelica voor toekomstige behandelingen en de mogelijke bijwerkingen besproken.
Na afloop van deze lezing:
De vereniging van specialisten ouderengeneeskunde, Verenso, heeft in 2018 de herziene richtlijn “probleemgedrag bij mensen met dementie“ uitgebracht. De belangrijkste boodschap is te analyseren waar het probleemgedrag uit bestaat, voor wie het een probleem is, welke factoren er aan ten grondslag kunnen liggen en wat de onderhoudende factoren zijn. In de dagelijkse praktijk worden psychofarmaca te frequent, op onjuist indicatie en te langdurig voorgeschreven. De richtlijn geeft een overzicht van beperkte effectiviteit van psychofarmaca, en van de eveneens beperkte effectiviteit van niet-medicamenteuze interventies. Psychiaters komen deze doelgroep vaak tegen in hun rol als consulent of als achterwacht en dienen kennis te hebben van de beperkte rol van psychofarmaca bij probleemgedrag bij mensen met dementie.
Na afloop van deze lezing;
Laboratoriumonderzoek kan de uitkomst van een behandeling enorm bepalen. In deze workshop laat Niels Jonker zien hoe laboratoriumdiagnostiek een behandeling kan beïnvloeden en waarom psychiaters anders naar het lab moeten kijken dan huisartsen en specialisten. Dit wordt gedaan aan de hand van casuïstiek uit uw dagelijkse praktijk. Tot slot worden tips gegeven om efficiënter met lab-uitslagen om te gaan.
Na afloop van deze workshop:
Angststoornissen zijn - in verhouding tot frequentie van voorkomen - relatief weinig onderzocht. Ze worden regelmatig als 'niet zo ernstig' en 'niet zo invaliderend' afgedaan. Helaas is niets minder waar; angststoornissen kunnen een belangrijke rol spelen in het ontstaan en onderhouden van klachten en kunnen leiden tot therapieresistentie, zeker wanneer zij onvoldoende worden aangepakt.
Na afloop van deze workshop:
Lithium is de eerste keus stemmingsstabilisator voor patiënten met een bipolaire stoornis. De eliminatie van lithium geschiedt via de nieren en het gebruik van lithium is geassocieerd met een verslechtering van de nierfunctie. In deze workshop wordt stilgestaan bij de achteruitgang van de nierfunctie bij (langdurig) lithiumgebruik. Daarbij wordt ingegaan op wat de klinische relevantie van deze achteruitgang is voor de praktijk.
Na afloop van deze workshop:
De diagnostiek van de bipolaire stoornis bij kinderen en jeugdigen is ingewikkeld en het bestaan ervan is zelfs voor een deel omstreden. De visie op de bipolaire stoornis bij jeugdigen verschilt tussen Europa en de VS. In deze workshop zullen de transatlantische verschillen, de diagnostiek en de behandeling aan de orde komen.
Na afloop van deze workshop:
In september 2018 is in samenwerking met huisartsen (NHG), apothekers (KNMP), patiënten (MIND) en psychiaters (NVvP) het multidisciplinaire document afbouwen van SSRI's en SNRI's verschenen. In dit document worden aanbevelingen gedaan hoe deze antidepressiva af te bouwen, met als doel de kans op onttrekkingsverschijnselen zo klein mogelijk te houden, zonder dat voor elke patiënt een overmatig conservatief schema wordt voorgesteld. In deze workshop wordt praktisch uiteengezet hoe in samenspraak met de patiënt, op grond van (vooraf te bepalen) risicofactoren, een beleid kan worden opgesteld.
Na afloop van deze workshop:
Binnen de psychiatrie komen er nu, zeker in vergelijking met een decennium geleden, relatief weinig innovatieve geneesmiddelen op de markt. De innovatieve middelen die op de markt komen, worden bovendien vaak voor zeer specifieke indicaties geregistreerd, wat de meerwaarde voor de praktijk beperkt. In deze workshop bespreken we deze aankomende nieuwe middelen, die vaak gebaseerd zijn op het werkingsmechanisme van de middelen die nu al beschikbaar zijn. Zo worden de voor- en nadelen van deze medicijnen voor de dagelijkse praktijk in kaart gebracht.
Na afloop van deze workshop:
Er is veel aandacht voor het gebruik van DNA-analyse ter verklaring van bijwerking op psychotrope medicatie, danwel als uitgangspunt om een gepersonaliseerde startdosering te kunnen adviseren.
Wat zijn nu precies de voordelen van het gebruik van farmacogenetica binnen de psychiatrie? En waar zitten de beperkingen? Hoe verhoudt het zich tot bloedspiegelmetingen? Hebben we farmacogenetica überhaupt wel nodig?
Ron van Schaik en Christiaan Vinkers gaan met elkaar, en met u, in discussie over de zin en onzin van farmacogenetica. Hans Mulder (dagvoorzitter en hoofdredacteur Psyfar) modereert het debat.
Figi
Het Rond
Zeist
www.figi.nl