Preventief haldol toedienen helpt niet tegen delier bij ouderen

AMSTERDAM -  Het vroegtijdig toedienen van het medicijn haldol voorkomt niet dat oudere patiënten een delier krijgen. Dat blijkt uit onderzoek van Edmée Schrijver, die op het onderwerp promoveert op 18 juni 2018, aan het Amsterdam UMC.

De groep ouderen die naar de Eerste Hulp komt en moet worden opgenomen, groeit. Onder deze groep komt een delier veelvuldig voor. De onrust of angst die bij een delier kan optreden, kan worden tegengegaan met het medicijn haldol. Een delier kan nadelige gevolgen hebben voor de patiënt: deze moet vaak langer in het ziekenhuis blijven en heeft een grotere kans op overlijden. Schrijver wilde daarom onderzoeken of het toedienen van haldol, nog voordat er sprake is van deliersymptomen, kan voorkomen dat oudere patiënten een delier krijgen.

Tot op heden was alleen onderzocht of deze vorm van preventie hielp bij ouderen die een operatie moesten ondergaan. Aan het onderzoek van Schrijver, getiteld ‘HARPOON: Haloperiodol profylaxis for delirium prevention’, deden 242 oudere patiënten mee met een gemiddelde leeftijd van 83 jaar, die via de Eerste Hulp bij het VUmc werden opgenomen.

De eerste week van de ziekenhuisopname kregen de ouderen twee keer per dag een extra pil: het medicijn haldol of een placebo. Vervolgens werd bekeken of de patiënten een delier kregen, maar ook hoeveel dagen iemand in het ziekenhuis moest blijven. Het bleek echter niet uit te maken of de patiënt het medicijn of de neppil had gekregen: er was geen verschil in het aantal ouderen dat een delier kreeg of het aantal dagen dat ze in het ziekenhuis verbleven.
(bron: VUmc)