Oudere patiënten met een psychiatrische aandoening, zoals een bipolaire stoornis, zijn bij ziekenhuisverblijf gevoeliger voor het ontwikkelen van een delier. Als er bij een ziekenhuisopname een manisch-psychotische episode aanwezig is, dan kan die goed behandeld worden met antipsychotica. Indien er ook een comorbide, maar niet onderkend, delier aanwezig is, dan ontstaat het risico van het ontwikkelen van complicaties zoals parkinsonisme en decubitus.
Een delierscreening in de vorm van het bijhouden van een Delirium Observatie Screening (DOS)-score, kan ervoor zorgen dat zowel een hyperactief als hypoactief delier wordt onderkend, zodat een dergelijk delier niet verward wordt met een manisch-psychotische episode, die juist is verbleekt.
Bij de behandeling van een manisch-psychotisch delier, ook bekend als een Bellse manie, is een niet-medicamenteus, meervoudige interventie programma essentieel. Vervolgens kan op geleide van het klinisch beeld een lage dosering van een nieuwer antipsychoticum overwogen worden.
Auteurs |
Özkal, H.
Walrave, T.R.W.M. |
---|---|
Thema | Casus |
Publicatie | 1 december 2022 |
Editie | Psyfar - Jaargang 17 - editie 4 - 2022 | nummer 4 |