Ondanks de belangrijke co-incidentie van zwangerschap en psychiatrische stoornissen zoals depressie en angststoornissen, is de wetenschappelijke evidentie over de behandeling van deze stoornissen tijdens de zwangerschap in het algemeen en over de behandeling met antidepressiva in het bijzonder eerder beperkt. Recente publicaties over nadelige gevolgen van blootstelling aan antidepressiva voor de foetus en pasgeborene (neonatale malformaties, neonatale toxiciteit met persisterende pulmonale hypertensie, neonataal abstinentiesyndroom) en – in mindere mate belicht – de nadelige gevolgen van niet-behandelen (voor de zwangere vrouw, foetus en pasgeborene) geven welkome informatie, maar dreigen eenzijdig te worden geïnterpreteerd als een argument om minder of geen antidepressiva voor te schrijven. Toch dienen deze nieuwe gegevens vooral bij te dragen tot een beter, meer geïnformeerd (voor arts en patiënt) voorschrift binnen een correcte analyse van voor- en nadelen. Verder kunnen deze gegevens een aanzet zijn tot een betere opvolging van foetus en pasgeborene met betrekking tot mogelijke complicaties, en geven zij aanleiding tot verder en gerichter wetenschappelijk onderzoek.
Auteurs |
Fruyt, J. de
Demyttenaere, K. |
---|---|
Thema | Overig |
Publicatie | 1 juni 2006 |
Editie | Psyfar - Jaargang 1 - editie 2 - Nummer 2 - 2006 |